Om zelf blauwe bessen te kweken, kies je eerst een zonnige tot halfschaduwrijke plek uit in je tuin met goed doorlatende, zure grond (pH 4 tot 5,5). Je kunt de grond verzuren met turf of speciaal daarvoor bestemde grondverbeteraars. Plant de blauwe bessenstruiken in het voor- of najaar, met een onderlinge afstand van ongeveer 1,5 meter. Zorg ervoor dat je de wortels goed spreidt en de planten op dezelfde diepte plant als ze in de pot stonden. Daarna is regelmatig water geven essentieel, vooral in droge periodes. Een mulchlaag van bijvoorbeeld dennennaalden helpt om de grond vochtig en zuur te houden. Bemest de planten in het vroege voorjaar met een speciale meststof voor zuurminnende planten. Snoei de planten elk jaar in de late winter of het vroege voorjaar om oude en zwakke takken te verwijderen, wat zorgt voor een hogere opbrengst en gezondere struiken. Met het juiste onderhoud, kun je na een paar jaar genieten van je eigen geoogste blauwe bessen.