Om de perfecte romige textuur in risotto te krijgen, is het essentieel om de rijstkorrels eerst kort te bakken in vet zoals boter of olie, totdat ze glazig zijn. Vervolgens voeg je beetje bij beetje hete bouillon toe, idealiter gebruikmakend van een houten lepel om continu te roeren. Dit proces, bekend als het "mantecare", helpt bij het vrijkomen van het zetmeel uit de rijst, wat resulteert in de kenmerkende romige consistentie. Een ander belangrijk aspect is de keuze van de rijst; Arborio, Carnaroli en Vialone Nano zijn de meest aanbevolen soorten voor hun hoge zetmeelgehalte en vermogen om bouillon te absorberen. Het toevoegen van een beetje boter of room en Parmezaanse kaas aan het einde van het kookproces, net voordat je het serveert, zal de romigheid verder versterken.